Als je elkaar leert kennen, spatten de vonken er vanaf. Je wil niets liever dan bij elkaar zijn, aan elkaar zitten, gericht zijn op elkaar. Partners die al langer bij elkaar zijn, weten dat dit minder wordt. Sommige stellen raken de passie zelfs helemaal kwijt. Hoe komt dat en hoe houd je dat vuur in je relatie brandend?
Mijn man en ik verschillen enorm van elkaar. Dat vond ik vroeger al leuk! Never a dull moment. Het zorgde voor passie in onze relatie, onder andere in de seks. Juist als je zo verschillend bent van elkaar, voel je je aangetrokken en verlang je naar iets wat die anders is of heeft. Dat zorgt voor passie en lust, voor het bij elkaar willen zijn. Toch had ons anders-zijn een groot nadeel: het was bedreigend. Want als je partner de dingen zo anders ziet en doet, zou dat je relatie in gevaar kunnen brengen.
Overleven in je relatie zit in je DNA
Bekijk het eens vanuit het perspectief van de holbewoners. Het is riskant als je niet op één lijn zit. Om te overleven, moet je hetzelfde doel hebben en liefst ook dezelfde manier van werken. Je moet echt een team zijn. Die neiging zit in ons DNA.
Verschil maakt ons bang of onrustig
Dus gaan stellen elkaar overtuigen van hun gelijk. We proberen het verschil weg te maken, want we worden er bang of onrustig van. En meestal lukt het ook. Je vindt uiteindelijk samen (hopelijk) een balans in hoe je werk en privé verdeelt, hoe vaak je familie bezoekt. hoe je je kinderen opvoedt en wie het vuilnis aan de straat zet. Daarnaast probeer je overeenstemming te krijgen over wat wel of niet gezond eten is, op wie je zou moeten stemmen, hoeveel geld je uit mag geven aan jezelf, enzovoorts. Applausje voor de stellen die deze fase samen heelhuids doorkomen. Het loopt lekker. Er is rust in de tent. En…. het is passieloos geworden.
Balans tussen veiligheid en spanning
Nabijheid zorgt voor veiligheid. En dat is precies wat we geneigd zijn om te zoeken in onze relatie. Maar juist de afstand, de spanning en de angst om elkaar te verliezen, zorgt voor de passie. Esther Perel zegt het heel mooi: “Kunnen we verlangen naar wat we al hebben?” Is er ruimte voor lust en passie in een relatie als je altijd een samengesmolten eenheid bent?
Oké. Check. Na jarenlang investeren in verbondenheid, gaat de passie een beetje of helemaal verloren. We slaan door in onze hang naar samen. We missen de autonomie, de zelfstandigheid, onze eigenheid.
In de film ‘De beentjes van Sint Hildegard’ zegt Herman Finkers het zo:
“A’j in’n heerd twee stukke hoalt stief op mekaar lejt
goat ze albei oet.
Mer li-jt ze lös op mekaar, dan gleuit ze gloepens gleunig,
dan braandt ze onmeunig.”
Twee blokken hout op elkaar, zorgt dat het vuur dooft. Maar als je ze los op elkaar legt, dan kan er zuurstof bij en brandt het vuur hard. Dus geef elkaar wat ruimte. Stimuleer je partner om iets anders te willen, te doen, te dromen dan jij. Verbondenheid zit niet in eindeloos ja-knikken en samenzijn. Het zit in een vast vertrouwen dat je veilig genoeg bent bij je partner mét je anders-zijn.
Deze balans blijft zoeken. Toen mijn man en ik eindelijk een beetje af waren van die verstikkende verbondenheid (waar verschil niet meer zo welkom was, dus we leverden allebei in aan wie we waren en wat we wilden) sloegen we door naar de zelfstandigheid. Allebei leefden we ons eigen leven en ook daarin was het moeilijk om te verlangen naar elkaar. De afstand was te groot geworden en ook de seks kakte helemaal in.
De passie binnen de veilige muren van je relatie zit ergens in het midden. Soms smelten we samen, en soms zijn we los van elkaar. En samen blijven stoeien met die balans. En met elkaar. 🙂